De oplossing vind je halverwege deze pagina 🙂
Wist jij dat er een wc-pot als kunst in een museum staat? En dat Picasso een tijdje zo arm was dat hij een bed moest delen met een vriend? Dat niemand precies weet wie nou die Banksy is die al die beroemde graffiti’s maakt? En wist je dat mensen in een museum meestal maar 28 seconden naar een kunstwerk kijken?
Wie mij een beetje kent, weet dat ik het leuk vind om kinderen niet alleen te prikkelen met creatieve schrijfopdrachten maar ze ook nog graag iets extra’s wil meegeven. Wil leren. Maar … het is een vereiste dat het leuk is. Deze week wil ik jullie laten kennismaken met een boek van Manon Berns. ‘Stoere verhalen over kunst’.
In het boek komen zestien kunstenaars met een van hun kunstwerken aan bod. Inclusief een creatieve opdracht. Elk hoofdstuk begint met een afbeelding van een kunstwerk en een paar prikkelende vragen. Vervolgens word je meegenomen in een fictief verhaal. Om af te sluiten met weetjes over de kunstenaar en … een toffe creatieve opdracht. Ik ben zo vrij geweest om er een opdracht aan toe te voegen. Een opdracht rondom dichten. We komen zo ook bij mijn raadsel: Wat is een kunstwerk maar tevens ook een raadsel? De oplossing is: een gedicht. In elk geval het gedicht waar wij vandaag mee aan de slag gaan is een kunstwerk en tevens een raadsel. Kijk maar!
Kinderen kunnen op deze manier op een leuke manier kennis maken met kunst om later zelf ook even kunstenaar te zijn.
Dit boek is echt een aanrader voor in de klas. Het is leerzaam, de creativiteit wordt aangewakkerd en je kunt er leuke schrijfopdrachten aan koppelen.
Opdracht:
- Laat het kunstwerk zien en stel de vragen.
- Lees het verhaal behorend bij het kunstwerk
- Maak foto’s van elkaar, print de foto’s uit, knip deze in stukken, leg alles op een nieuwe plek en plak het vast als je tevreden bent. Zie jij nog wie wie is?
- Doe dit ook met een gedicht. Elke leerling zoekt een leuk gedicht uit (of je zorgt dat elke leerling een ander gedicht heeft). De regels van het gedicht worden losgeknipt en vervolgens in willekeurige volgorde op verschillende plekken op een (gekleurd) stuk papier geplakt. Weet de leerling nog hoe het gedicht ging? Is het in een andere volgorde ook mooi? Kunnen andere leerlingen het gedicht ontrafelen.
